Familie van R. bestaat uit vader (35), moeder (32) en zoon (13).

Jij werkt bij de politie als wijkagent. Bij jou in de wijk woont familie van R. Vader heeft een alcohol verslaving en drinkt vooral ’s avonds veel. Jij als wijkagent komt hem vaak ’s avonds tegen op straat.

Hij zorgt dan voor overlast. Hij schreeuwt naar voorbijgangers en maakt dingen stuk. Vorig jaar heeft vader geweld gepleegd en hiervoor is hij veroordeeld. Als je bij het gezin thuis langs gaat, zie je dan het huis niet is opgeruimd. Overal ligt afval en blikjes bier. Je probeert dan met vader en moeder te praten, maar er komt geen goed gesprek. Moeder zegt dat het vaders eigen keus is en dat het haar niet uitmaakt.

Zoon zit sinds dit jaar op de middelbare school. Hij heeft op basisschool al veel problemen gehad en ook op de middelbare school heeft hij er veel problemen. Hij maakt ruzie met leraren en mist regelmatig lessen. Jij als wijkagent komt hem steeds meer tegen op straat en onlangs is hij opgepakt, omdat hij iets heeft gestolen uit een kledingwinkel.

Straks is er een focusoverleg over het gezin van R. Jullie zijn als wijkagent zijn aanwezig, want jullie willen dat er iets gaat veranderen in dit gezin. Er moet meer rust komen op straat. Vader moet stoppen met geven van overlast en zoon moet naar school en niet in aanraking komen met criminele activiteiten.

Bereid het overleg voor:

  • Wat willen jullie bereiken?
  • Wat kunnen jullie zelf doen en wat kunnen anderen doen?